woensdag 5 maart 2014

Wachten (40 dagen lang)

Waar ik nou een broertje aan dood heb in het leven is het fenomeen wachten. 
Wachten totdat de bus of trein arriveert, wachten totdat je aan de beurt bent bij de kassa, wachten totdat een bijeenkomst begint, wachten totdat huisgenoten thuiskomen, wachten totdat de postbode langskomt, wachten totdat een e-mail beantwoord wordt, wachten tot de telefoon gaat, wachten tot de bel gaat, wachten tot een bepaalde tijd is aangebroken, wachten is eindeloos en de lijst van mogelijke situaties van wachten is oneindig. Het meest ergerlijke aan al die vormen van wachten is dat ze ook nog eens tegelijkertijd plaats kunnen vinden. Tientallen berichten de wereld in sturen en wachten op een reactie, ondertussen op weg naar een afspraak gaan en moeten wachten op bus en/of trein, wachtend tot je aan de beurt bent om in te stappen of eerder al je kaartje te regelen en te midden van dat letterlijke wachten ook nog het meer abstracte wachten op een doorbrekende zon, het arriveren van een ander jaargetijde, de verandering van levensomstandigheden, het gaat maar door. 

Wacht even......is er niet iets aan te doen, aan al dat wachten? Als wachten nu eens niet een passieve verlammende blokkerende bezigheid zou zijn, maar een uitgelezen kans? Wat als wachten de spontaan geschonken ruimte is die tijd geeft om je bezig te houden met dat wat alleen jouzelf kan bezighouden, de gedachten in je eigen hoofd? Is wachten dan niet juist de beste bezigheid die er te bedenken is? Is wachten in feite geen vorm van jezelf met jezelf mogen vermaken zonder inmenging van wie of wat dan ook? En als wachten dat is, is wachten dan niet een fenomeen dat te omhelzen is als een geschenk uit de hemel dat je op een nieuw spoor kan zetten dat het rangeerterrein met vlotte vaart verlaten kan? 
Zo bezien is wachten niet snel lang genoeg. Zo bezien is wachten een oase van rust, temidden van de hectiek van alledag. Zo bezien is wachten een ruimte en tijd die ongekende vergezichten openen kan.

Voortaan dus geen ongeduld meer als wachten aan de orde is. Voortaan geen onrust meer of innerlijk verzet, voortaan slechts een kalme ingetogenheid en innerlijke vrede, want wachten, dat is mogen zijn in het moment, zolang het wachten die ruimte en tijd geven kan. 


Geen opmerkingen:

Een reactie posten