woensdag 31 december 2014

Zinloze daden

Oh ja, dit is het land van make belief.........
Dit is het land waar iedereen zijn eigen koninkrijk heeft.
17 miljoen selfies, sprak de koning.

Dus kan de ene burger de andere burger het werken onmogelijk maken.
Had je maar niet moeten komen bij dit ongeluk dat net door mij veroorzaakt werd.
Had je maar niet moeten handelen bij deze brand die ik van vreugde middenop straat aan het stoken ben.
Had je maar niet moeten spreken toen ik stond te schreeuwen dat je je gore rotbek dicht moet houden.

Dus kan een minister roepende in de woestijn worden met een boodschap die geen inhoud heeft.
Want waarom zou je moeten vragen om toestemming om hulp te verlenen in geval van nood?
Waarom zou je moeten vragen om ruimte als je iemand wil bevrijden van een ramp?

Dus kan de ene selfie de andere een rotschop blijven verkopen of een knal voor zijn kanis geven of een scheldkannonade ten beste geven. De lol kan niet op. Geeft immers weer een goede tweet of FB tekst?
ROFLOL
(maar niet heus)

dinsdag 30 december 2014

Eindejaarsoverzicht

Nog even bedenken of ik overstappen ga naar een nieuwe zorgverzekeraar. Kan nog net, het jaar is nog niet voorbij en ik word bijkans doodgegooid met aanbiedingen van deze en gene verzekeraar. Goed van ze dat ze me bijtijds voorlichten om mij kosten te besparen en hen er een klant bij te bezorgen. Een goeie deal. Echte handelsgeest. Waarvan het de vraag blijft wie er nu het meeste baat bij zal hebben, de verzekeraar die ik verlaat en die dus mij geen vergoedingen meer hoeft te geven die ver boven mijn betaalde premie uitgaan (in theorie dan, want de praktijk leert dat ik tot op heden een goedkope klant voor ze ben, heb immers geen ziekenhuisbezoeken en gespecialiseerd voorgeschreven medicatie nodig aangezien ik gemiddeld genomen voor een chronisch zieke (astma, onschuldig toch?) tamelijk gezond van lijf en leden ben en slechts jaarlijks wegens onderhoudsmedicatie mijn 'eigen risico' op soupeer), de verzekeraar waar ik heen ga of ikzelf. Ik denk eerlijk gezegd dat ik niemand baat of schaad, hooguit mijn eigen portemonnee, maar die voelt niets, die deelt slechts uit van wat ik er in laat komen.

Oh ja, er waren nog wat van die eindejaarsdingetjes, dat je voor het eind van het jaar je zaakjes op orde moet hebben, omdat het anders ineens onmogelijk is nog declaraties in te dienen of aanvragen te doen. Het einde van het jaar is als een zwaard van Damocles, hangend boven vele hoofden, die erdoor getorpedeerd dreigen te worden.

Nee, ik leid mezelf af, nu echt die vergelijking eens gaan maken. Wat heb ik nodig......niets.....behalve dat wat ik toch al zelf betalen mag. Eh.....stel nou dat ik volgend jaar ineens wel iets nodig heb......wat is dan nu wijsheid? Kan ik wel een keuze maken over een toekomst die nog niet bestaat? Ik heb het afgelopen jaar, mijn hele leven tot nu toe, tamelijk geluk gehad, maar wie zegt me dat het op gezondheidsgebied zo blijven zal? Ik hoor van alles en iedereen om me heen over plotseling ontdekte ziekten, die hun hele leven op de kop zetten en veel medische en aanverwante (parkeren, vlak dat niet uit!) kosten met zich meebrengen. Onvoorziene kosten uiteraard. Net zo onvoorzien als de ziekte zelf. En ondeclareerbare kosten, netzomin als de ziekte ergens terug te bezorgen is om er vanaf te zijn en het zelf niet te hoeven dragen.

Vandaag in de krant weer eens een tekst van een kankeroverlevende die nu een heel tof leven heeft, indirect dankzij de kanker, om je dood te ergeren, alsof je de hele periode van angst of je morgen of overmorgen dood gaat over kunt slaan als je leven weer in het gareel verder gehobbeld is. Is het leven niet ook de geschiedenis ervan? Is dat niet wat je uiteindelijk vormt en wegen wijst?

Goed, ik zocht naar manieren om een keuze te maken. De verleden ervaring bood geen soelaas, de toekomst verzinsels brengen me niet verder. Wat moet ik dan kiezen? Is er wel iets te kiezen? Wordt er niet hoe dan ook voor ons gekozen in deze?
De keus valt op alles bij het oude laten, opdat wat in het verleden werkte wellicht voor de toekomst ook zinvol kan blijken te zijn. Het voelt onbevredigend. Alsof ik geen keuze maken kan. Maar ja, is het dat niet precies? Hoe kan ik kiezen? Er is niet te kiezen!!!!!!

Ziek word je niet omdat je dat wilt of omdat je dat opzocht of omdat je daar voor koos of omdat iemand je dat aan wou doen of omdat je nalatig was of omdat je slordig met jezelf omging of omdat je er slechte gewoontes op na hield. Het kan allemaal invloed hebben, maar zeker weten doe je dat nooit. Helemaal nooit. En ga dan maar eens weloverwogen kiezen wie dat onvoorspelbare risico voor jou het beste verzekeren kan tegen onvoorziene en deels ook nog ondeclareerbare kosten. Goede raad is duur? Goede raad bestaat niet!

Dus......aan het einde van het jaar......blijf zitten waar je zit, hou je adem in en stik niet.

zaterdag 27 december 2014

Beestenweer

Het bos oogde verlaten. Sneeuw viel uit de lucht, bomen knarsten onder het gewicht dat liggen bleef en de takken verzwaarde. Een eenzame wandelaar betrad de paden. Veel voetstappen gingen voor. Verschillende stevige schoenafdrukken waren er te zien en dierenpoten, oneindig veel dierenpoten, keurig over de paden. Het hoge 'ik moet wel'-gehalte van de voetstappen was te lezen op de betreden paden. Dieper het bos in verdwenen ze, verdween ook de gele sneeuw en de stinkende bultjes bruine rommel waar de eenzame wandelaar omheen stapte. 

Mijmeringen volgden, stap na stap. Wat nu als er niet zoiets bestaan zou als 'ik moet wel'. Geen plicht tot zorg, voor dieren die je zelf in huis haalt. Geen noodzaak tot verplaatsen van zinloosheid naar zinloosheid, alleen maar zijn. Wat nu als je keuzes maken kon zonder enig 'ik moet wel'-gehalte? Zouden mensen dan op pad gaan in dit weer? Zouden er meer eenzame wandelaars bestaan? Zouden die een 'ik moet wel' drang voelen? Of is wandelen ten allen tijde een keuze? Ook als je wel moet? 




maandag 22 december 2014

Midden in de winternacht

Naamloos bleef het kind in het vluchtelingenkamp, want nog voor het de eerste schreeuw kon laten horen was de moeder aan haar bevalling bezweken. Ze kon het niet meer van een naam voorzien en het kind was te onbeduidend om genoemd te worden. Het bleef 'het kind'. Een andere vluchtelinge die haar kind onderweg naar dit kamp verloren had aan de vele ontberingen die de tocht door de bergen betekende - bergen, waar de eeuwige sneeuw en de striemende wind de temperatuur tot beneden nul hadden doen dalen - had zich over het kind ontfermd. Ze had nog melk. Maar kon zich er niet toe brengen zich te hechten aan het kind, dat in tegenstelling tot haar eigen geliefde zoon, wel het leven had mogen behouden, doordat het veilig in de schoot van de moeder door had kunnen brengen tot het veilig genoeg was in de relatieve geborgenheid van het kamp.
Het kind ging van hand tot hand. De moeder zonder kind had het maar een paar dagen volgehouden. Een andere moeder had het overgenomen. Dit keer een moeder met een wonderbaarlijke overvloedige melkproductie, ondanks de tekorten in voedsel die heersten in het kamp. Deze moeder hield het langer vol, maar ook haar zorg voor het kind bleek tijdelijk, toen ze uit angst voor een nieuwe aanval opnieuw op de vlucht sloeg, zonder het kind, dat het hare immers niet was.
Nu kwam het kind in handen van een man, een man die kinderen zocht voor ouders in een ver buitenland, waar mensen zonder kinderen maar in bezit van geld en goederen keuzes konden maken die hier in dit kamp ondenkbaar waren. De man had poedermelk beschikbaar en nam het kind mee. Het kamp uit.
Een lange reis volgde, een comfortabele reis voor het kind, want nu was het kind een kostbaar goed geworden, verhandelbaar tegen harde klinkende munt en op goederen die geld opleveren pas je zo goed mogelijk, handel is handel immers.
De man had contacten met een bureau dat het kind van hem overnam. Opnieuw ontfermde een vreemdeling zich over het kind. Ditmaal met minder zorgvuldigheid, want nu ging het om een onderbetaalde kracht in een weeshuis dat die naam niet dragen mocht, aangezien het kinderen met of zonder ouders binnen liet komen, zolang het kind in kwestie maar jong en onopeisbaar was en gezond (op het oog). De medewerker was nalatig en bijna had het kind het niet gered. Er kwam echter toevalligerwijze een ouderpaar hun kind ophalen in het weeshuis. Ze wisten niet welk kind hun kind zou zijn en zagen het kind in een bedje liggen, duidelijk verzwakt. Hun hart brandde in hun binnenste en ze konden niet anders dan dit kind als hun kind beschouwen. Het werd nog een hele rel, aangezien een ander kind voor hen bestemd was. Ze voelden het zelf niet als een afwijzing, maar dat was wel wat hen werd aangewreven door de directie. Immers, afspraak is afspraak, ook als het om kinderen, die uiteindelijk gewoon handel zijn, gaat. 
Het kind mocht mee. Na lang soebatten en de nodige steekpenningen. Er was gevochten voor het kind en de ouders hadden hun band verzegeld door hun lot te verbinden aan dit kind. Het kind ging mee, naar een ver land, waar de mensen een andere taal spraken en een andere huidskleur hadden en waar niemand hoefde te vluchten voor veiligheid of voedsel of een dak boven het hoofd. Hoewel, als je goed keek zag je ook in dit land waar het kind nu terechtgekomen was mensen op straat lopen, ogenschijnlijk in goede doen, maar bij een nauwkeurigere blik overduidelijk zonder doel op weg naar nergens en in gezelschap van al hun schamele bezittingen. Ook hier bleek voedsel en veiligheid niet zo vanzelf te spreken als gehoopt mocht worden of gedacht werd door hen die wel beter zouden kunnen weten.
Het kind was onbewust van dit alles toen het in een schone wieg gelegd werd met pasgestreken lakentjes en een zacht wollen dekentje in het witste wit dat voorstelbaar is voor een wollen dekentje. Een schaapje was er op geborduurd, als om te bewijzen dat de wol niet synthetisch was, zoals ook het lakentje een merktekentje had waaruit bleek dat dit goede katoen was, zeer verantwoord geteeld, zonder mens of milieu uit te buiten. De ouders van het kind hadden zich goed voorbereid. Niets zou hun kind ontbreken, zelfs moedermelk van de moeder zelf bleek tot de mogelijkheden te behoren (hoe dat zit kan de geïnteresseerde lezer nalezen bij verenigingen als 'borstvoeding natuurlijk'). Het kind kwam niets te kort.
Het had alleen geen naam.

donderdag 4 december 2014

Contekstueel

Temidden van blanken voel je je als kleurling aardig ontheemd. Temidden van rijken voel je je als arme aardig misplaatst. Temidden van hen die niet zijn zoals jijzelf voel je je totaliter aliter. Niets bijzonders. 

Temidden van bekenden voel je je thuis. Temidden van verwante zielen voel je je erkend. Temidden van hen die zo zijn als jijzelf voel je je normaliter als de ander. Niets bijzonders. 


Maar wat nu als je temidden van blanken blank bent en je toch ontheemd voelt? Wat nu als je temidden van rijken rijk bent en je toch misplaatst voelt? Temidden van hen die niet zijn zoals jezelf je bewust wordt dat je wellicht meer op hen lijkt dan het leek. Dan is er iets aan de hand. 


En wat nu als je temidden van bekenden je ontheemd voelt? Temidden van verwante zielen je onzichtbaar weet? Temidden van hen die zo zijn als jijzelf opmerkt dat je toch totaliter aliter bent? Dan is er heel wat aan de hand. 

In de ene context ben je de ene persoon, in de andere context de andere. Als je op je werk bent ben je geen privépersoon, als je bij je gezin bent geen werknemer. Doodnormaal.
Maar als je nu door die contextwisseling ook je eigen rol even kwijt raakt? Is dat dan nog normaal? Je in je gezin gaan gedragen als werknemer, je op je werk als een gezinslid opstellen, het komt voor.....

Conteksten door elkaar halen kan gebeuren en als je je vergissing bemerkt lukt het vaak wel om de schakel innerlijk om te zetten. Oh ja, dit is niet mijn partner/kind/broer/zus/ouder, het is mijn baas/collega. 
Maar wat nu als er nog iets heel anders aan de hand is?
Je loopt in de supermarkt en iemand loopt naar je toe, met een joviale groet, gevolgd door een praatje. Je groet, maar kan niet de naam van wie je tegenover je hebt reproduceren, je doet mee aan het praatje, maar kan je niet meer voor de geest halen wie je nu eigenlijk voor je hebt, je neemt weer afscheid en blijft in verwarring achter, met wie stond je nu eigenlijk te praten?


Het klinkt als een idiote gebeurtenis, een zeldzaamheid voor de meeste mensen, maar wie de zeldzaamheid ooit meemaakte, zal goed in kunnen denken hoe ongemakkelijk je je na afloop voelt en hoeveel erger het wordt als je na een paar uur of een paar dagen ineens in een flits weet met wie je gepraat hebt en dat je die persoon echt had moeten herkennen, omdat het notabene je collega/baas of een ander overbekend persoon is. 

En wat nu als dergelijke voorvallen geen incidenten zijn, maar met zeer veel regelmaat voorkomen. Dan wordt een zeldzaamheid regel, waar het tot de uitzonderingen had dienen te blijven behoren.

Als dat gebeurt is er geen sprake meer van context, de context is volkomen losgeraakt van de persoon die in die context zich bevindt. Binnen de bekende context geen vuiltje aan de lucht, alle namen en gezichten vallen op de juiste wijze op hun plek, maar buiten de bekende context is het worstelen met losse gegevens als puzzelstukjes die uit de doos gevallen zijn en nu op zoek zijn naar de juiste doos, die de afbeelding weergeeft die de context is van dit gezicht, waar een naam bijhoort die verdwenen lijkt te zijn in de mist die zich aandient tijdens het zoeken ernaar.
Gezichtsherkenning spreekt voor de meeste mensen vanzelf. Een bepaalde groep mensen echter kan er geen logica in ontdekken. Ze voelen zich als een kleurling temidden van blanken, als een arme temidden van rijken, als een totaliter aliter temidden van de mensheid die gezichten wel herkent. 
Context is alles, maar niet alles is context..........