woensdag 29 april 2020

Verschil mag er zijn!

Twee begrippen wil ik hier naast elkaar plaatsen, het begrip 'voorspelbaarheid' en het begrip 'herhaling'.

In het algemeen gesproken denken mensen vaak dat wie met autisme te maken heeft baat heeft bij herhaling. Dingen blijven pas hangen als je ze vaak genoeg doet of zegt. Zoals bij jonge kinderen je keer op keer uitlegt dat ze hun jas aan de kapstok moeten hangen en niet op de grond gooien. Je herhaalt die boodschap oneindig, tot het jonge kind er zelf aan denkt en zodra het de jas op de grond wil gooien zelfstandig bedenkt dat de juiste actie ophangen is.
Het brein is er op gericht om eenvoudige handelingen te automatiseren, zodat je er geen energie aan hoeft te verspillen en gewoon kunt handelen zonder nadenken.
Een handig mechaniek, dat bij mensen met autisme nog weleens wil haperen. Ze laten dergelijke boodschappen niet zo makkelijk inslijten en dus kan een kind met autisme tot op de middelbare school nog vrijwel dagelijks te horen krijgen dat jassen aan de kapstok horen, waar een kind zonder autisme dat meestal in de kleuterjaren al wel begrepen heeft en slechts een tijdelijke terugval in gedrag vertoont in de chaotische puberjaren, waarin het brein teveel veranderingen doormaakt en de automatismen tijdelijk wat minder goed functioneren.
Een brein van een persoon met autisme heeft de neiging te blijven 'hangen' in de puberteit en daarmee terug te vallen op het patroon van een kleuter, die nog vrijwel dagelijks dezelfde boodschap moet horen om er aan te denken die ook uit te voeren.

Waarom is dat zo?
Wanneer je autisme hebt zijn je hersens vaak actief. Veelal zelfs overactief. Op de een of andere manier krijgen hersenen van iemand met autisme niet de boodschap dat herhaling betekent dat iets eenvoudig is. Dat heeft er naar grote waarschijnlijkheid mee te maken dat een autistisch brein steengoed is in verschillen waarnemen en details opmerken. Als gevolg daarvan is het voor iemand met autisme zelden of nooit zo dat een situatie die zich herhaalt volkomen identiek is aan een eerdere situatie.
Dus als er gezegd wordt 'hang je jas op' dan is dat de ene keer een 'kordaat bevel', de andere keer een 'vervelende klacht' een volgende keer een 'vriendelijk verzoek' en weer een andere keer een 'overbodige boodschap'. Het is allemaal volkomen afhankelijk van de klank van de geuite woorden en van de stemming van de persoon met autisme die de woorden hoort.
Er klinkt elke keer opnieuw een boodschap die gedecodeerd moet worden in de onderdelen:
- betekenis van de tekst (letterlijk op te vatten of niet?)
- betekenis van de klank (inhoudelijke betekenisverandering door de klank?)
- betekenis van de boodschap (mededeling? opdracht? verzoek? bevel?)
- al dan niet te volgen actie op de woorden
Dit hele proces vindt telkens opnieuw plaats. En omdat herhaling de kracht van de boodschap is (er vanuitgaande dat de spreker letterlijk dezelfde tekst blijft hanteren) kan het na verloop van tijd sneller gaan, dat proces van decoderen en vertalen naar mogelijk handelen.
Het lijkt dan na verloop van tijd alsof de boodschap 'eindelijk overgekomen' is en langzaam beginnen de woorden te verdwijnen uit het dagelijkse contact. Immers, 'hij weet het nu' is de gedachte die ontstaat bij de spreker, zoals je dat bij een kind zonder autisme zou constateren.

Dat in feite de handeling nog steeds plaatsvond VANWEGE de boodschap die bij herhaling klonk wordt pas duidelijk als de jas wederom op de grond belandt.
Het is geen boodschap gebleken die geïnternaliseerd werd, het was slechts een brave reactie op een dagelijks klinkende opdracht.

Nu is dit voorbeeld relatief simpel. Expres. Omdat een simpel voorbeeld goed inzichtelijk kan maken wat er allemaal nodig is voor iemand met autisme om van woorden naar daden te komen.
In het dagelijks leven zijn er tientallen van dergelijke momenten aan te wijzen. Sommige zullen zo goed als vanzelf verlopen, omdat de herhaling zo ingesleten is dat de persoon met autisme zichzelf de woorden kan zeggen die ooit aangereikt werden. Zo werd 'hang je jas op' een ritueel, waarbij telkens als de jas uitgedaan wordt ergens van binnen zachtjes echoot 'hang je jas op', nog voor de jas als vanzelf op de grond beland is.

Waar bij dit type handeling het duidelijk is dat herhaling relevant is, en het accent op de verschillen een belemmerende factor, is het bij veel andere bezigheden heel wat minder eenvoudig hoe herhaling werkt.
En of er wel sprake is van herhaling, of dat het veeleer gaat om voorspelbaarheid.
Want, wat verrassend goed blijkt te werken bij mensen met autisme is zorgen voor voorspelbaarheid.
Beter zelfs dan herhaling.

Op het moment dat herhaling toegepast wordt, zal de autist zich onbewust af blijven vragen waarom deze boodschap opnieuw klinkt en vanwege de herhaling op zoek gaan naar de verschillen. Verschillen die niet bedoeld zijn en vaak ook niet opgemerkt worden door de spreker.

Gaat het mechanisme van voorspelbaarheid aan, dan gebeurt er iets heel anders.

In het voorbeeld van de op te hangen jas gaat het er dan om dat de handeling zo ingekleed wordt dat het als het ware logisch is om de jas op te hangen.
Jassen hang je op zodra je een huis binnenkomt, aan een kapstok.
Als er in een huis vlak bij de voordeur een kapstok te vinden is, zal degene die ooit geleerd heeft dat een jas aan de kapstok hoort te hangen, automatisch de juiste handeling verrichten. Jas uit, aan de kapstok hangen, de inrichting van de gang of hal maakt de handeling tot een automatische, die ook in andere gangen en hallen toegepast kan worden.
Zolang voordeur en kapstok dicht bij elkaar geplaatst zijn is de voorspelbaarheid groot genoeg om de handeling automatisch plaats te laten vinden.
Pas als er in een (openbare) ruimte eerst een afstand afgelegd moet worden vanaf de voordeur naar een plek elders waar de kapstok zich bevindt is er nog het risico dat de jas, bij gebrek aan kapstok op de voorspelbare plek, alsnog op de grond belandt, vlakbij de voordeur.

Waar het voor mensen zonder autisme vanzelfsprekend is om oud gedrag niet meer toe te passen in nieuwe situaties, maar op zoek te gaan naar alternatieve mogelijkheden (een kapstok elders, jas over een stoel hangen, jas aanhouden) die passen bij 'hang je jas op' en voorkomen dat een jas op de grond belandt, is het voor mensen met autisme juist in dergelijke situaties een enorme puzzel om uit te vinden wat juist en passend gedrag is.
De ooit gehoorde zin 'hang je jas op' zingt rond in het hoofd dat de kapstok blijft zoeken en niet vinden kan. Als er dan tegelijkertijd andere dingen gebeuren of meer handelingen verricht moeten worden, kan het oude mechanisme weer in werking treden waarbij de jas op de grond belandt.

En nu lijkt dit stuk over jassen en kapstokken te gaan.
Dat was in het geheel niet het plan!
Detaildenken maakt het voorbeeld echter zo uitwerkbaar dat uiteindelijk meer woorden over het voorbeeld gaan dan over de essentie van wat hier vandaag gezegd wou zijn.
De bomen belemmeren het zicht op het bos inmiddels.

Het bos laat zich eenvoudiger samenvatten.
Herhaling is storend, voorspelbaarheid is fijn!
Anders gezegd, als de dingen zijn zoals je verwacht kun je doen wat er van je wordt verwacht.
Als er bij herhaling op gewezen wordt dat je moet doen wat er van je verwacht wordt zijn de dingen niet meer zoals je verwacht en gebeurt het uiteindelijk niet of uitsluitend met de grootst mogelijke moeite en dus enorm energieverlies.
Herhaling maakt moe, voorspelbaarheid houdt het hoofd vrij om zelf te denken. En zelf denken is ruimer dan herhalingen afdraaien die verveling bevorderen en nonchalance als effect gaan hebben.

Dus, in contact met autisten, zorg voor voorspelbaarheid en voorkom herhaling.
Want 'verschil mag er zijn!'

Geen opmerkingen:

Een reactie posten