zondag 9 februari 2020

Schakelen

Iedereen die auto rijdt (of ooit rijles had) weet dat een van de belangrijkste en lastigste onderdelen van leren autorijden is het onder de knie krijgen van het schakelen. Een mooie uitdrukking overigens, in dit verband, 'onder de knie krijgen'.
Het doel van leren schakelen is het zo te leren doen dat er geen enkel nadenken meer aan te pas komt. Het lichaam dient het leerproces zo op te pakken dat de eigenaar van dat lichaam het denkvermogen geheel en al in dienst kan stellen van het letten op het verkeer en de concrete situaties die zich daarin voordoen.
Klinkt uitermate logisch en vanzelfsprekend. Het lichaam heeft immers een eigen bewustzijn en kan 'denken' zonder dat er een bewust denkend proces aan te pas hoeft te komen. Uiteindelijk vinden de handelingen volledig geautomatiseerd plaats. Geen tovertruc, maar een handig mechanisme in ieder mens, dat aangezet kan worden door inoefenen van de handelingen, net zolang tot het lichaam de beweging maken kan zonder moeite.

Een vergelijkbaar proces vindt plaats bij blind leren typen. Doel is dan om de focus op de letters die moeten verschijnen te leren leggen en niet langer de letters te zoeken door te kijken naar waar die zich bevinden op het toetsenbord. Automatisch verschijnen de juiste letters op het scherm (of op papier, als een typemachine benut is) en de typer weet het onmiddellijk als er een misslag plaatsvond door hetzij te snel te typen (de letters verschijnen dan weleens in verkeerde volgorde) of hier en daar een misslag te maken (de letters zijn dan vervangen door andere letters).

Deze beide processen, schakelen tijdens het autorijden en blind typen bij het schrijven van teksten, zijn handige voorbeelden om een probleem van autisme aan te kaarten.

Schakelen kost denktijd in de fase waarin je het nog niet kunt.
Schakelen kost hoe dan ook denktijd, voor wie autisme heeft.
Denktijd die te verwaarlozen is als de aangeleerde handeling voldoende ingesleten is en als het ware automatisch plaatsvindt. Maar denktijd die helder duidelijk wordt als bestaande tijd wanneer op een gegeven moment tijdens het autorijden veel diverse dingen tegelijkertijd aandacht vragen.
Als voorbeeld het moment van wegrijden uit een parkeerplaats. Het is dan noodzakelijk op het verkeer te letten (is er een lege weg of toch minimaal ruimte om er tussen te schieten?), en tegelijkertijd moet de auto bediend worden. Als er dan op dat moment passagiers aandacht vragen en de aandacht dus verdeeld moet worden tussen de passagiers en de verkeerssituatie is het zomaar mogelijk dat schakelen niet goed verloopt. Hoewel de handeling geautomatiseerd is, is de situatie niet geautomatiseerd en blijkt dan pas dat ook de handeling niet volledig geautomatiseerd is. Er is een terugval mogelijk. Een terugval naar de fase van leerling. Een situatie die zich ook voor kan doen na vele jaren van rijden en vele dagelijkse kilometers afleggen.

Dit fenomeen speelt niet alleen een rol bij autorijden. Het zit bij autisme in alles van het leven verweven.

Zolang het leven verloopt volgens plan is schakelen een automatische handeling die niet al te veel energie kost.
Echter, zodra er wijzigingen in plannen plaatsvinden of onverwacht plannen onmogelijk zijn, danwel doorkruist worden door andere dwingendere plannen, is schakelen niet langer een automatische handeling.
Dan is het ineens een handeling die enorm veel energie en denkkracht kost.
De vermoeidheid die dat met zich meebrengt zorg voor terugval naar een jongere staat van zijn en onbedoeld kan er een kinderachtige rigiditeit en stampvoetgedrag ontstaan.
Logisch voor wie zich realiseert dat verstoring van plan niet een voorspelbare vanzelfsprekendheid is, maar een verstoring die een innerlijke reactie losroept.
Nog los van de inhoud van de verstoring of de inhoud van de plannen.
Dat maakt het voor wie geen autisme heeft een zeer onlogisch verschijnsel. Waarom zou iemand zich ineens druk moeten maken als de supermarkt de indeling gewijzigd heeft? Of waarom zou iemand stampij moeten schoppen als de weerssituatie een gepland uitje anders laat verlopen? Dat zijn toch onschuldige overkomelijke problemen in het licht van een wereld waar mensen honger lijden en anderen zich door weerssituaties in een onveilige situatie gaan bevinden omdat ze in een kamp wonen?
Uiteraard.
En zodra het brein die relativerende opmerkingen bereiken kan zal het in staat zijn de eigen onvermogens om te kunnen schakelen kunnen weglachen als drukte om niets, maar veelal is juist het brein volkomen onbereikbaar geworden omdat er overgeschakeld is naar dat deel van het brein dat in vluchten/vechten/verstijven een keuze maakt en niet in staat is tot enige flexibele plooibaarheid.

Schakelen doen we de hele dag door.
Schakelen is lopende band werk.
Maar schakelen vergt hoe dan ook energie.

En juist vanwege die energie, die ongemerkt verbruikt wordt, is het soms ineens een situatie van op tilt slaan over een futiliteit.

Opvallend genoeg komt dit verschijnsel ook voor bij mensen die in een burnout terechtkomen, of in een depressie verkeren, of een psychische ziekte krijgen, of aan dementie lijden.
Het is dus in zekere zin een oermenselijk verschijnsel.

Schakelen is een vaardigheid. Een vaardigheid die een mens ook kan kwijtraken. Van jonge kinderen verwachten we dat ze het kunnen aanleren. Van volwassenen verwachten we dat ze het beheersen. Van ouderen beseffen we dat het vermogen wat afgenomen kan zijn.

Het zou goed zijn als we ons blijven realiseren dat we allemaal ooit moesten leren schakelen en dat er altijd redenen en omstandigheden in ons leven kunnen ontstaan die ons die vaardigheid weer (ten dele) kwijt laten raken. Niets menselijks is ons vreemd. Of we nu wel of niet autisme hebben.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten