dinsdag 23 juni 2020

Vermoeidheid, het houdt nooit op.......

Lang heb ik in mijn leven gedacht dat ik tamelijk lui van aard ben. Na een tijd ging ik dat woord vervangen door het vriendelijker klinkende gemakzuchtig. Maar inmiddels ben ik er achter dat die vermeende labels geen van beide weergeven waarom ik meende dat ze van toepassing waren.

Als ik dingen niet deed in mijn leven, opdrachten niet uitvoerde, spullen niet opruimde, afwas liet groeien, administratie opstapelde, dan was ik altijd van mening dat ik maar een lui mens ben, iemand die de kantjes er vanaf loopt. Want zo had ik het altijd meegekregen in films, boeken, en in gesprekken die mensen voeren over dergelijk gedrag.
Als ik tegelijkertijd wel degelijk in staat bleek mijn schooltaken te vervullen of mijn studiepunten te halen of mijn werkzaamheden tot een goed einde te brengen, dan was dat in mijn hoofd vanzelfsprekende plichtsgetrouwheid die volkomen los bestond van de luiheid die ik mezelf ook toeschreef.

Toen kwam ik in een burnout terecht en vielen alle dingen die ik voorheen wel degelijk was blijven doen, geheel weg. Ik werkte niet meer, ik hing slechts rond in mijn bestaan en kon amper mijzelf en mijn kinderen verzorgen. Totaal uitgeput was ik.
De afwas doen werd een klus om de dag door te komen. Ik was blij als het niet zover groeide dat ik eerst moest afwassen voor ik kon koken. Dat was dan een hele prestatie die ik geleverd had en ik was best trots op mijzelf, ook al bleef een stemmetje van binnen iets over luiheid mompelen.

In de periode dat de burnout wat draaglijker werd en er licht herstel begon op te treden, doordat ik alles wat niet strikt noodzakelijk was (ook sociale contacten vielen daaronder) geschrapt had, kwam er meer ruimte om weer wat dingen te gaan doen. En ik merkte dat werken met mijn handen langzaamaan steeds beter ging.

Door die periode begon ik ook na te denken over die vermeende luiheid van mij. Die zogenaamde gemakzuchtigheid.
En beetje bij beetje drong het tot me door dat het dat niet is.
Het is ten diepste een oneindige vermoeidheid. Het type vermoeidheid dat je niet meer zo betitelt, omdat het je dagelijkse stand van zaken is en je niet anders weet dan dat je moe bent. Dat je vanwege vermoeidheid niet komt tot taken die enige energie vergen omdat ze niet de dagelijkse routine vormen, al keren ze met grote regelmaat terug, is een besef dat langzaam, heel langzaam binnensijpelde.

Ik ben niet lui, ik ben doodmoe!
En die chronische vermoeidheid maakt dat klussen die me niet automatisch afgaan (studeren en werk ging wel degelijk automatisch, omdat nadenken mij altijd enorm veel voldoening en energie geeft) blijven liggen. Niet omdat ik er te lui voor ben of te gemakzuchtig, maar omdat ik van alles wat ik wel doe in mijn leven zo moe word, dat ik bij moet komen en uit moet rusten en niet de tijd kan benutten om nuttige taken die een huis op orde houden te vervullen.

Dat vermoeidheid niet vanzelfsprekend is moge duidelijk zijn.
Ik heb lichamelijke oorzaken voor de vermoeidheid. Te weten astma, dat erg reageert op het weer, en een chronisch vitamine B12 tekort, dat mijn hersenpan in verlamming laat schieten en me bij vlagen het denken vrijwel onmogelijk maakt, laat staan het schakelen tussen taken.

En alsof dat nog niet genoeg is ben ik ook nog gezegend met autisme. Een remmende factor op mijn lichaam en geest, die me in het gareel houdt als ik voor de troepen uit wil snellen en wegen in wil slaan die absoluut vermoeidheid op zullen leveren. Dan is er de onbewuste rem, die ik zo lang duidde als 'luiheid'. Nee, geen luiheid, autisme!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten